11-12
Dit keer een mannelijke gids. Hij vindt het maar raar dat we maar krap 2 dagen in het mooie Chiang Mai verblijven. Hij is zo trots op z'n land en wilde ons zo graag de schoonheid van zijn geboortestreek, dit deel van Thailand laten zien. Dus hij adviseerde sterk om terug te komen en dan voor 2 weken in dat gebied. Maar dan natuurlijk wel via Special Journeys, zodat
hij de gids wordt. Nou... wie weet? Eerst maar eens even naar het hotel voor een heerlijke douche.
Hij stelde voor om in overleg met ons iets samen te stellen waar we de eerste dag konden gaan kijken. Het stond buiten kijf, dat tenminste een bezoek aan de beroemdste tempel op het programma moest staan. En verder werden het een bezoek aan een lacquer-factory (soort rubber), papermaking, tailorshop (wat een flop, we dachten dat we een rondleiding zouden krijgen, maar we kwamen in een winkel, waar ze dachten dat we een kostuum wilden bestellen, hilarious, nou dat waren we bepaald niet van plan), een silk-factory(waar ze zijde maken uit rupsen), en een brons-nikkel-koper-factory, waar ze lieten zien hoe je van een legering hiervan een sterk en glanzend metaal krijgt voor bestek. Gingen we ook niet kopen natuurlijk, maar ja.
Overtollig bladgoud afwassen
Papermaking + painting
Beschildering van mijn cameratas
De gids kreeg in de gaten dat we wel wat moe waren van alles, de treinreis, en zoveel excursies in korte tijd achter elkaar, dus op ons verzoek heeft hij ons maar bij het hotel afgezet, en het programma ingekort. We waren alweer met z'n 2-en plus de gids en chauffeur, een prive behandeling. Aan het eind van de middag werden we opnieuw gehaald voor een bezoek aan de tempel op de berg: Wat Phrathat Doi Suthep. Met een heel verhaal over het ontstaan van de Boeddistische godsdienst. Ook een ceremonie van de monniken stond op het programma.
En 's avonds naar de Night-bazaar: op de stoep werden allemaal stalletjes geopend, waar van alles werd verkocht, van souvenirs tot kleren, tot lampjes, snoep etc. Een beetje zwarte markt Beverwijk idee. Wel gezellig en druk.
12-12
Op deze dag zou plaatsvinden waar ik als jong meisje al van droomde: op een olifant rijden. Voor mij horen Thailand en olifant rijden bij elkaar. De gids had in de gaten gekregen dat we meer van natuur houden dan van cultuur. Dus stelde hij voor om via kleine landweggetjes langs rijstvelden en boerderijen te rijden. Daar waren wij gelijk voor te vinden natuurlijk. Hij heeft heel veel verteld over hoe het leven van een country-boy in Thailand verliep, dat kon hij doen uit eigen ervaring. Hij liet stoppen bij een rijstveld en liet zien hoe de rijst groeit en vertelde over de oogst. Het meeste was al geoogst trouwens.
We troffen het nog, dat er onderweg een optocht was van een school, met verklede en vrolijke jongelui, waar we natuurlijk even voor stopten en wat plaatjes schoten. Het viel me op dat de gids een voorkeur had voor het fotograferen van "beautiful ladies" en vroeg hem wat zijn vrouw daarvan vond, als hij daarmee thuiskwam. Waarbij de chauffeur in de lach schoot, en verried dat hij ook best Engels verstond. Maar hij had wel een pasklaar antwoord: hij had zijn vrouw leren kennen op de opleiding waar ze beide voor gids studeerden, dus ze wist heel goed wat er te koop was, volgens hem. Wij waren "lucky people" volgens de gids. Waarop ik hem vertelde, dat wij heel vaak op onze reizen bijzondere dingen meemaken die juist dan plaatsvinden. We hebben nooit saaie reizen. Altijd iets extra's. We verbazen ons er wel vaak over. En het is natuurlijk ook bijzonder om Lucas als partner te hebben, dat is ook een onderdeel van het geluk.
De gids wist gelijk een passende naam voor Lucas: " lucky Boeddha" waarbij hij verwees naar het boeddhabuikje van Lucas...
Daarna... eindelijk kwamen we aan bij het Mae Teang, Elephant Camp. Tja, dat was echt een geweldige ervaring. Zoveel dikhuiden bij elkaar, groot en klein, bruin en grijs. Er blijken in grote lijnen slechts 2 soorten olifanten te zijn: Afrikaanse en Aziatische. Gelukkig voor mij zijn de Aziatische wat kleiner, want ik heb enigszins last van hoogtevrees. Onze gids vond, dat we eerst de rit moesten doen. Prima idee, vonden we.
En zo kon het gebeuren dat ik op 12 december 2011 voor het eerst van m'n leven op een olifant stapte. We zaten wel op een soort zadelbankje, met een anti-valbeugel ervoor langs. Maar ja... toen stapte de olifant de oever af, naar beneden de rivier in. En de olifantenbestuurder zat op de kop van het beest, en hij maar roepen: "Ohlala, oh my god," natuurlijk om ons bang te maken. Eerst een eindje door de rivier, dan weer omhoog de oever op, dan weer een stukje door de rivier, en toen nog een stuk door de jungle. Af en toe kwamen we langs een voederstation, waar we voor een paar Baht wat bananen of suikkerriet konden kopen voor onze 35-jarige olifant, ze heette iets van Mae Dae. We kwamen nog door een dorp, met eenvoudige hutjes, waar nog mensen wonen. Lisu-dorp wordt het genoemd.
Na een rit van ongeveer een uur kwamen we weer op het kamp terug. Daar werden we getrakteerd op het aanschouwen van het baden van de olifanten en een adembenemende show, waarin ze zichzelf voorstelden, gingen dansen op muziek, zware balken versjouwden, gingen tekenen en schrijven, (ja echt!!!) en ook nog voetballen.
De ene olifant heeft z'n tekening gesigneerd: Suda
En alsof dat nog niet genoeg was, gingen we daarna varen op een bamboevlot. Voor de veiligheid heb ik de camera maar niet meegenomen. Achteraf had het zat gekund, maar ja, je wilt geen risico lopen dat de bende in de rivier belandt. Het was meer dobberen dan raften, de stroming bracht ons bijna vanzelf in een uurtje op de plek waar we weer aan land mochten. Lucas mocht ook nog even "punteren". De 2 mannen die het vlot bestuurden, probeerden met het weinige Engels wat ze konden plus armen en benen een conversatie te hebben. "No crocodiles, no piranha's here, just monkeys", en ze wilden ons wel terugvaren naar Bangkok, (duurt 5 jaar, haha) Nou nee, laat maar.
Na deze bijzondere ervaringen bood onze gids aan om op de terugweg nog langs een "Elephant Dung" factory te rijden. Ze maken papier uit olifantenpoep!!! In het Engels: paper, maar wij moesten nogal lachen, omdat we dachten dat de gids zei: pepper (peper). Interessant om te zien.
We hadden lunch in een orchideeenkwekerij, en daarna bezichtigden we de prachtige tuinen.
Van olifantenstront naar menukaart
13-12
Aan alles komt een einde en zo ook aan onze belevenissen in Thailand. We werden om kwart voor tien opgehaald en naar het vliegtuig gebracht, wederom zeer zorgvuldig, nl. tot en met de juiste gate.
Alle lof voor de tourguides van Special Journeys!
Maar met een super vooruitzicht: in Nieuw Zeeland de familie Velzel weer te zien. Na 9 uur vliegen nog even een tussenstop in Sydney, Australie; en dan nog 3 uur naar Christchurch.
Feest om al die lieve mensen weer te zien en te kunnen knuffelen, en met eigen ogen het inmiddels behoorlijk gegroeide buikje van Astrid te zien! Het viel niet mee om het stil te houden, dat hun gezin wordt uitgebreid met "another blessing child". Maar nu is het alom bekend.
We hadden nog niet echt "summerfeelings" bij aankomst, het leek meer op herfst. Maar dat zal de komende dagen wel beter worden. We hebben al een paar heerlijke dagen gehad.
Tot later maar weer!